Forse daling oplage betaalde kranten

De betaalde oplage van de landelijke kranten daalt met 5 procent in 2017, vergeleken met het jaar daarvoor. De Telegraaf en AD zijn de grootste verliezers.

De belangrijkste trend bij de printoplage van dagbladen is, dat deze daalt. Sinds de eeuwwisseling al, zonder uitzondering. Maar een tweede trend is, dat het leed ongelijk verdeeld is. Telegraaf en AD, kranten voor een groot en algemeen publiek, hebben het lastiger dan de kranten die zich op een kleiner, specifieker (en kapitaalkrachtiger) publiek richten.

Maar de bottom line is dus wel, dat iedereen verliest. In 2017 verloren de landelijke kranten ruim 5 procent van hun betaalde printoplage ten opzichte van het jaar daarvoor. En dat verliespercentage laat dit onderdeel van de sector al vijf jaar zien. In de vijf jaar daaraan voorafgaand was de daling aanzienlijk lager: gemiddeld 2,5 procent.

Grote verliezer is De Telegraaf, de krant raakt 8 procent van de betaalde oplage in 2017 ten opzichte van het jaar daarvoor kwijt, en 43 procent in de laatste tien jaar. De oplage is 353.000 – in 2000 was dat nog 782.000. AD verliest 6 procent in 2017 en zakt daarmee door de 300.000-grens. Trouw (-2 procent), Volkskrant en FD (-3 procent), NRC (-4 procent) en Reformatorisch Dagblad (-3 procent) doen het – relatief gezien – beter. Het Nederlands Dagblad raakt 8 procent van de betaalde printoplage kwijt.

NRC Next, omgevormd tot een soort ochtendeditie van het ‘grote’ NRC Handelsblad, laat een opmerkelijke wederopstanding zien, voor het eerst sinds 2011 stijgt de betaalde oplage: van 26.262 naar 26.825 (plus 2 procent). In 2011 had de krant overigens nog 74.000 abonnees.

Bron: svdj